Acht jaar S-Town

John B. uit podcast S-Town

Tradities zijn er om gebroken te worden. En dat deed ik dit jaar. Elke lente beluister ik ‘s werelds best beluisterde podcast ooit, S-Town. In deze zeven afleveringen, zo’n bijna zeven uur bij elkaar, neemt radiojournalist Brian Reed je mee in het leven van de markante John B. McLemore, een antieke klokkenmaker uit een ruraal stadje in Alabama dat hij zelf laatdunkend shittown noemt. Maar dit jaar sloeg ik het over.

In de jaren dat ik in de journalistiek ben gaan werken, verloor ik elke keer dat ik luisterde een klein stukje waardering voor de vertelling in de serie. Maar nu wil ik die liefde graag terug. Want ik wil het gevoel terug dat het verhaal me gaf toen ik het voor het eerst luisterde als 21-jarige student journalistiek. Ik mis de onbevangen journalistieke ideeën die ik toen had. Idealen die misschien naïef waren en wellicht alleen bestaan bij hen die nog niet écht in de journalistiek werken.

Ik wist niet wat een podcast was. In de eerste minuten hoorde ik hoe de verteller in een openingsmonoloog een brug slaat tussen het repareren van antieke klokken en het oplossen van een moordzaak. Daarna hoorde ik hoe de verteller, journalist Brian, zorgvuldig passages voorleest uit e-mails tussen hem en ene John B. McLemore. Zo begint hij het verhaal, dat uiteindelijk niet over een moordzaak blijkt te gaan, maar waarin wel degelijk iemand doodgaat.

Ook nu ik talloze podcastseries en audiodocumentaires heb geluisterd tijdens mijn werk als podcastmaker, ben ik geen grotere plottwist tegengekomen dan die aan het einde van aflevering twee van S-Town. De scheldende, razend intelligente en regelmatig onverstaanbare hoofdpersoon haalde aflevering drie niet. Ik was compleet verkocht. Dit soort cliffhangers, plottwists en personages kende ik alleen uit films en boeken. Dus dit kon óók journalistiek zijn? 

Een domme en verwende zoon van een machtige rijkaard uit de regio – ik parafraseer John B. hier – zou een moord gepleegd hebben. Deze moord verdween niet in de doofpot. Er was geen sprake van een doofpot. De mensen in John B.’s stadje lijken zo onverschillig over de gebeurtenis dat de vermeende dader zonder schroom luid verkondigt dat hij iemand vermoord heeft en eigenlijk niemand er echt van op kijkt of actie onderneemt. Behalve John B. En als het even kan, Brian.

Brian, die bij het bekende radioprogramma This American Life werkt, vertrekt na een jaar heen-en-weer mailen en bellen richting shittown, dat natuurlijk niet echt shittown heet, maar voor John B. wel als een shittown voelt. Naast John B. en zijn dementerende moeder, met wie hij een huis en een stuk land deelt, wonen er rond de 1500 mensen. Het handelsmerk van de regio – althans volgens John B. – is politiecorruptie, godsdienstwaanzin, seksuele misdaad en laaggeletterdheid.

Hij is klaar met zijn shittown, en al helemaal na wat hij ziet gebeuren rondom de moord. Hij past, mede door zijn vernietigende intelligentie, niet in Woodstock. “We hebben vijfennegentig kerken in dit verdomde district,” zegt hij verbeten tijdens een telefoongesprek met Brian. “Maar we hebben niet eens twee middelbare scholen, laat staan vervolgonderwijs!” Hij zoekt naar iemand die luistert én iets doet aan de situatie in shittown. Al zoekt hij voornamelijk naar iemand die naar hem luistert. Want John B. is eenzaam. Zo eenzaam, denkt Brian op een gegeven moment, dat hij de moord waar de serie mee begint wel eens bedacht kan hebben.

Als student journalistiek luisterde ik er ademloos naar. Constant speelde Brian met mijn perspectief op de zaak rondom de moord, of de zaak rondom John B.’s uiteindelijke zelfmoord en de nasleep daarvan. Want de whodunnit wordt omgeschreven tot een whogetsit. Samen met Brian schipperde ik tussen twee kampen, de biologische familie van John B. en de gekozen familie uit Woodstock, die in de latere afleveringen tegenover elkaar staan in de race voor het huis, spullen en de zorg voor de dementerende moeder. Als jonge luisteraar had ik geen idee wie je nou eigenlijk moet geloven en wie er gelijk heeft. Het liet zo’n indruk achter op mij, dat ik de jaren daarna nauwlettend luisterde naar de manier waarop Brian in zijn vertelling de focus verlegt. Dat wilde ik ook kunnen. 

Met ieder jaar dat passeert, kwam daar bewondering bij voor de manier waarop Brian muziek en literatuur gebruikt om de vertelling nieuwe lagen te geven. Soms doet hij dat letterlijk, door een Brokeback Mountain thema-aflevering te maken waar John B.’s liefdesleven aan bod komt. Of door het korte verhaal A Rose for Emily van William Faulkner te integreren in zijn schetsen van John B. In Faulkner’s verhaal wordt een intelligente, geïsoleerde excentriekeling langzaam gek. A Rose for Emily komt ook elke aflevering thematisch terug in de titelmuziek. De scène waarin Brian de chaos in het leven van de matriarch van de familie Goodson, de ‘gekozen’ familie van John B., illustreert aan de hand van operamuziek en haar gescheld samen laat vallen met de uithalen van Verdi’s La donna è mobile vind ik nog steeds ongeëvenaard.

Na een paar jaar luisteren is die verwondering voor die kunstzinnige en spannende vertelling nog niet verdwenen, maar heeft het wel plaats moeten maken voor iets anders. Mijn perspectief op de journalistiek veranderde toen ik zelf een kijkje in de keuken nam. Nu weet ik niet meer of ik S-Town wel journalistiek zou willen noemen. Ik weet niet meer zeker hoe de schoonheid van een vertelling zich verhoudt tot de ethiek die in de journalistiek zo belangrijk is. Want wat nu de boventoon voert voor mij als ik de serie luister: John B. wist niet welk verhaal er over hem verteld zou worden. Kan dat wel?

Net als John B. ben ik cynischer geworden met de jaren. Maar ik wil terug naar de verwondering die ik als student journalistiek had over verhalen die raken en vernieuwend zijn. Door stil te staan bij wat S-Town echt bijzonder maakt, ben ik een stuk dichterbij.


Hannah van der Wurff is een van de deelnemers aan Van A, naar B, naar Podcast, twee schrijflabs ontwikkeld door Domein voor Kunstkritiek en Podcastnetwerk om een gegronde kritiek voor podcasts en audioverhalen te stimuleren. Mediapartner is De Groene Amsterdammer, host is ILFU, presentatiepartner is OORZAKEN Festival. De schrijflabs worden financieel mede mogelijk gemaakt door de Gemeente Utrecht en het K.F. Hein Fonds. Lees ook de andere teksten van de deelnemers op de website van De Groene Amsterdammer en in dit dossier.