Nieuw traject De Nieuwe Garde: ANJA SICKING BEGELEIDT BARBARA STRALING

Onder begeleiding van Anja Sicking werkt Barbara Straling aan een essay over tinnitus. Straling kreeg als klein kind tinnitus, in 2016 werd dit zo erg dat ze ging lijden aan geluidsoverlast. In de jaren die daarop volgden heeft ze met haar fantoomgeluid leren leven. In haar essay onderzoekt ze wat het betekent om tinnitus te hebben, hoe je ermee leert leven en wat tinnitus is.

Barbara Strating (1985) woont in Maastricht en is verbonden aan de Universiteit Maastricht als conservator beeldende kunst en programmamaker. Ze studeerde filosofie en cultuurwetenschappen in Nijmegen. Sinds 2015 is ze betrokken bij het toegankelijk maken van musea voor mensen met een zintuiglijke beperking.

Anja Sicking debuteerde in 2000 met Het Keuriskwartet, waarvoor zij de Geertjan Lubberhuizenprijs ontving. Haar tweede roman, De stomme zonde, werd vertaald in het Duits, Engels en Turks. In 2023 verscheen De visionair, een roman waarvan het verhaal zich deels in de toekomst afspeelt. Naast romans publiceerde ze ook essays, onder meer in Trouw, Tirade, FD en de Nederlandse Boekengids. Zij is redacteur van het literaire tijdschrift Tirade, geeft les op de Schrijversvakschool Amsterdam en maakt deel uit van het bestuur van de sectie Letterkundigen van de Auteursbond.

Dit mentortraject wordt mede mogelijk gemaakt met steun van de Van Bijleveltstichting.

De Nieuwe Garde helpt beginnende essayisten op weg. DNG is een platform dat de krachten van de literaire, culturele en wetenschappelijke velden verenigt, en die inzet om beloftevolle schrijvers hun weg in de essayistiek te laten vinden. DNG werkt met een redactie, een coördinator/penvoerder, een redactieraad/partnernetwerk, mentoren, en de steun van een aantal partijen die de doelstellingen delen en de benodigde middelen beschikbaar stellen.

Lees hier meer over de huidige schrijvers, hun trajecten, essays en begeleiders.

De Nieuwe Garde werd opgericht door De Gids en het Domein voor Kunstkritiek, en wordt ondersteund door het Domein voor Kunstkritiek, het Lucas-Ooms Fonds en de Van Bijleveltstichting.